Charlotte gaat op zoek naar de oude dorpsfanfares in Lissewege. Ze ontmoet Rik Fack, die haar er meer over kan vertellen.
Vroeger hadden de katholieken snel begrepen dat ze gebaat waren met een zo ruim mogelijke infrastructuur, onder andere een school en fanfare. Nog voor de eerste wereldoorlog werd de Katholieke fanfare “kunst en Vermaak” gesticht. De liberalen volgden prompt met “Het Blekken Muziek”. In zo’n kleine gemeente moest dit het vroeg of laat voor problemen zorgen. Op een goeie dag ontmoetten beide fanfares elkaar in de Lisseweegse straten. Geen van beide was bereid een duimbreed opzij te gaan, zodat het tot een gevecht kwam… Wie won, was niet duidelijk… wellicht de instrumentenbouwers!
Later was er ook nog eens een conflict bij fanfare “kunst en Vermaak”! De muziekchef deed er alles… ook geld in zijn eigen zakken steken. Vele leden wilden een andere chef. Tijdens een optreden bereikte het conflict het hoogtepunt. Wanneer de chef een bepaald nummer riep om te spelen, riep iemand een ander nummer.